Collectie De Sphinx
Gezocht: schrijver(s) van ‘Collectie De Sphinx’, door Hans Dijkhuis
In 1942 kwam als ‘Collectie De Sphinx’, uitgegeven door R. Van Aerde uit Brussel, een pocketreeks op de markt met, te oordelen naar de titels, louter detectives. Zeven stuks geeft de lijst achterop het achtste deel, ‘De geheime deur’, waarbij auteursnamen ontbreken. Op het omslag van ‘De geheime deur’ wordt de schrijver wel genoemd: Armand Beaucoup, van wie ondanks die naam verder geen werk bekend is.
Het copyright van het boekje staat op naam van ene De Roeck, en het zoeken op die naam in combinatie met ‘Collectie De Sphinx’ levert nog een negende reeksdeel op, ook uit 1942: ‘Harry de rat’, verschenen bij pulp-uitgever Uitgaven G.L.G., eveneens in Brussel, waarbij ook al ‘Wie doodde meneer Brunet’?’ (nr 7) uitkwam. Die firma nam de reeks blijkbaar van Van Aerde over – waarom dan niet deel 8?
Echt ingewikkeld wordt het bij de auteursnamen. Afgaand op Brinkman, WorldCat, het Lectuur-Repertorium en de catalogus van de Brusselse KB (Nederlandse bibliotheken kennen ‘Collectie De Sphinx’ niet) kan bijvoorbeeld ‘Om 2 uur 15 ‘Square Jupiter’’ (nr 8) geschreven zijn door Frans De Roeck, Franz De Roeck of Frans Armand De Roeck, het drietal dat voortdurend terugkomt, de laatste ook als werkelijke naam van bovengenoemde Armand Beaucoup. Daarbij duiken nog eens vier pseudoniemen op: Frank Rowlands, schrijver van ‘Het lijk in de Amblève’ (nr 2) en ‘Harry de rat’ (nr 9) was schijnbaar Frans Armand De Roeck; M. d’Ourcq - volgens de Brusselse KB: Armand d’Ourcq –
was Frans De Roeck; M.F. De Reeth, schrijver van ‘’n Kogel door de muur!’ (nr 4) was of Frans De Roeck of Frans A[rmand] De Roeck, dezelfden die mogelijk schuil gaan achter M.F Ter Haeghe (volgens het Lectuur-Repertorium, Brinkman heeft: M.F. de TerHaeghe), schrijver van ‘Een moord voor 15 miljoen’ (nr 3).
Het Lectuur-Repertorium weet meer: Frans De Roeck en Frans Armand De Roeck waren neven, de laatste schreef ook onder de naam Frank Rowlands, terwijl de eerstgenoemde achter alle andere bij ‘Collectie De Sphinx’ gebruikte pseudoniemen schuil ging, behalve dan bij Armand Beaucoup, want die wordt door de samensteller gezien als Fransman. Maar de Bibliothèque Nationale de France kent geen Armand Beaucoup, en wanneer andere bronnen dan het Lectuur-Repertorium mogen worden geloofd lost de bedoelde taakverdeling tussen de beide familieleden niets op. Immers, ook Franz Armand de Roeck komt voor, namelijk als schrijver van ‘De zonderlinge verdwijning van mevrouw Neuville’ (nr1), ‘Mijnheer Bell van Manitoba’ (nr 5) en ‘Om 2 uur 15 ‘Square Jupiter’’ (nr 8).
Bovendien wordt ‘De zonderlinge verdwijning van mevrouw Neuville’ , net als ‘Een moord voor 15 miljoen!’ (nr 3) en ‘’n Kogel door den muur! (nr 4)’ aan de ene dan wel aan de andere neef toegeschreven, terwijl driemaal een verschillende schrijversnaam wordt genoemd bij ‘Mijnheer Bell van Manitoba’ (nr 5) en ‘Om 2 uur 15 ‘Square Jupiter’ (nr 8).
Het blijft allemaal even overzichtelijk. Die auteursnamen deden er bij ‘Collectie De Sphinx’ kennelijk weinig toe, niet voor niets stonden achterop de boekjes alleen titellijsten. Was men misschien alleen wat slordig bij de spelling van namen, en werd zo’n tweede voornaam als ‘Armand’ soms gewoon weggelaten? In dat geval is er een radicale oplossing, gesuggereerd door Danny de Laet, in een artikel over Vlaamse misdaadliteratuur uit de jaren veertig van de vorige eeuw (tijdschrift ‘Vlaanderen’, 2004). De hele ‘Collectie De Sphinx’ zou het product zijn van één en dezelfde: veelschrijver Frans De Roeck, die er als een Vlaamse mini-Multon diverse pseudoniemen op na hield en evengoed als detectives ook wild west-verhalen en liefdesromannetjes uit de mouw schudde. Dat klinkt aannemelijk, al vergroot De Laet zelf het raadsel door te stellen dat de naam ‘Franz De Roeck’ uit de koker gekomen zou zijn van de redactie van het Lectuur-Repertorium, en daarin is het toch echt tweemaal ‘Frans’.
Wie eenmaal aan het zoeken geslagen is wil zekerheid – vandaar dit stukje. Wie weet meer over ‘Collectie De Sphinx’? Is het copyright ook bij andere delen dan die uit mijn bezit - ’De geheime deur’ en ‘Wie doodde mijnheer Brunet?’ - van ‘De Roeck’? Dan is de zaak opgelost, zijn alle credits voor Danny de Laet, en is de ‘Collectie De Sphinx’ toch minder raadselachtig dan al door de reeksnaam
beloofd werd.
Vorige bericht | Terug | Volgend bericht |